Uitgever Mai Spijkers: “Ik wil geen dissertatie, maar een geil boek, Mark”

Christian Van Thillo in bedenkelijke ‘biografie’ Mark Koster te grazen genomen

Waar mogelijk wordt de Belgische uitgever Christian Van Thillo in de biografie De Belg van Mark Koster in een slecht daglicht geplaatst. Wie kritisch leest, kan ook de conclusie trekken dat Van Thillo een geweldige uitgever met gevoel voor journalistiek is en een leuke, mooie vent. Sluwheid en katholieke souplesse zijn hem niet vreemd

Christian Van Thillo (1962) is met DPG Media veruit de grootste mediaondernemer van de Benelux, eigenaar van de kranten AD, Volkskrant, Het Laatste Nieuws, De Morgen, Trouw, Het Parool, regionale dagbladen, tijdschriften van Sanoma als Libelle en Donald Duck plus Nu.nl, radiozenders als Qmusic en Joe en TV-zenders als VTM en RTL België; en binnenkort van RTL Nederland, als toezichthouder ACM niet het lef heeft om die overname te verbieden. Koster schreef een ‘biografie’ over Van Thillo, die samenvalt met een kritische geschiedschrijving van de groeiende macht van DPG.

Ik begin met drie kanttekeningen die noodzakelijk zijn voor het perspectief

1. De geile Mai Spijkers

Ten eerste: uitgevers behoren zich niet met de inhoud van publicaties te bemoeien, is het belangrijkste uitgangspunt van journalist Koster. Wat in de praktijk zelden of nooit gebeurt gezien de wederzijdse afhankelijkheid. Maar de ‘harde grens’ tussen uitgever en journalist wordt juist getart met dit boek van Mark Koster.

De uitgever is Prometheus, eigendom van en geleid door Mai Spijkers. In juni 2022 verscheen onderzoek in de Volkskrant naar Spijkers, met zware beschuldigingen van intimidaties en ander – wat we deze eeuw zijn gaan noemen – grensoverschrijdend gedrag. Ingeleid door ervaringen van Ronit Palache, die vele jaren voor Spijkers werkte alvorens hem plotseling te vloeren. Spijkers staat voor de rest van zijn leven te kijk met aanklacht en veroordeling ineen.

Er staat een rekening open tussen Spijkers en de Volkskrant, met zijn uitgever DPG Media, Van Thillo. Die mocht Mark Koster vereffenen. Toen deze met de eerste versie van de biografie naar Spijkers toog, luidde diens reactie volgens een anonieme bron: “Ik wil geen dissertatie, maar een geil boek, Mark”. Met andere woorden: je moet losgaan op die Van Thillo, lezers mogen druipend van afkeer de laatste bladzijde omslaan.

Daar heeft Spijkers goed geld voor over. Hij kocht de achterpagina’s op zaterdag van de Volkskrant, Trouw en Parool voor advertenties van het boek. Bijna was die advertentie voor die zaterdag geweigerd; waar Spijkers en Koster op hoopten want ophef in de media betekent gratis reclame, en de advertenties kostten tienduizenden euro’s; voor een boek waar het grote publiek niet een-twee-drie voor warmloopt. (Belgische krant De Morgen weigerde de advertentie wel, een onthutsende zwakte van de hoofdredacteur.)

Wederom, met de bemoeienis van de uitgever met de inhoud van de publicatie: pot en ketel. Van Thillo kan volgens Koster zijn handen niet van zijn titels afhouden en journalisten laten dit gebeuren. Spijkers wil een ‘geil boek’, Koster gehoorzaamt. De NVJ en Villamedia haakten in, de kongsi is compleet:

2. Faux pas van NVJ en Villamedia

Journalistiek is verre van brandschoon, maar positioneert zich graag zo. Gebrek aan fundamentele zelfkritiek is het gevolg, ook bij vakblad Villamedia, uitgegeven door vakbond NVJ die baat heeft bij ledengroei. Baas Thomas Bruning verwelkomde zijn hoofdredacteur van Villamedia elke maandag als lid van het NVJ-managementteam.

De nieuwe hoofdredacteur van Villamedia is zelfstandiger, geen medemanager van de vakbond, en durfde Mark Koster als pittige commentator aan te stellen. Maar cultuur is als lijm aan je vingers. Villamedia liet De Belg van de eigen Mark Kosterrecenseren door freelancejournalist Joost Ramaer.

Na kritische reacties onder de recensie voegde Villamedia toe: “Joost Ramaer wordt in het dankwoord van dit boek als meelezer opgevoerd. Volgens Ramaer omdat hij Koster tijdens het lezen van het nog ongepubliceerde manuscript op enkele onjuistheden heeft gewezen. Villamedia was daar niet van op de hoogte. Het spijt Ramaer zeer dat hij Villamedia niet vóór publicatie heeft verteld dat hij als meelezer vermeld stond.”

De keuze van Villamedia voor Ramaer als recensent was al discutabel. Hij is een erkende hater van DPG Media, het concern van Christian van Thillo, met een serie artikelen. Niet enkel was Ramaer  meelezer, ook een belangrijke bron voor het boek van Koster. Bovendien hadden DPG Media en Van Thillo de nodige aanvaringen met journalistenbond NVJ, de uitgever van Villamedia.

Waarom is deze inleiding belangrijk? De blunder van Villamedia/NVJ kun je als kwaadaardige opzet van een vakbond, vakblad, Ramaer en Koster benadrukken, of als dom incident. Maar dit geknoei weerspiegelt precies wat Koster in zijn boek steeds probeert aan te tonen: dat Van Thillo als uitgever een kwade kracht is die met kongsi’s en kuiperijen de journalistiek van de kranten naar de gallemiezen heeft geholpen.

Zo wordt Van Thillo beschuldigd van het voortdurend beïnvloeden van zijn redacties, ook om onwelgevallig nieuws uit de kranten te houden en vooral zijn titels om te turnen tot periodieken die floreren dankzij smeuïg nieuws. Wordt dat beeld onderbouwd door feiten?

3. Betrouwbaarheid van Mark Koster

“Ja met Mark Koster. Dag Peter, ik schrijf een biografie over van Thillo, de eigenaar De Persgroep, DPG. Komt het nu uit dat ik je wat vragen stel?...Ik wil me natuurlijk zoveel mogelijk aan de feiten houden. De feiten moeten voor zich spreken.”

Vervolgens stort Koster een litanie aan diskwalificaties over Van Thillo over mij uit. Dat boezemt geen groot vertrouwen in over de context waarin m’n citaten kunnen verschijnen. Dus ik vraag hem: “Laat je tekst nog even lezen voor publicatie?”

“Ja, natuurlijk…”

Natuurlijk komt die tekst niet. Mark Koster is een geweldig journalist, maar blinkt niet uit in betrouwbaarheid, zo hebben de nodige personen mogen ervaren. Overal geldt: macht corrumpeert. Dat geldt evenzeer voor journalisten als voor machtige uitgevers. Mark is een zelfverklaarde ‘rat’, geen ideale persoonlijkheid voor de noodzakelijke historische distantie die een goede biograaf nodig heeft.

Oorlogsverleden

Dan komen we bij de inhoud, waarbij het direct bij Deel 1 van De Belg, ‘De Geur van oorlog’, niet goed gaat. Koster behandelt het reeds bekende (via onder meer Apache) bruine verleden van de familie van Thillo. Christians opa Cyriel (‘Bill’) begon met het uitgeven in de oorlog, de bakermat van de uiteindelijke Persgroep of DPG. Diens broer Renaat Van Thillo leidde de Vrijwillige Arbeidsdienst voor Vlaanderen (VAVV), gelieerd aan de SS. Hij kreeg na de oorlog de doodstraf, maar vluchtte naar Argentinië. (Hier onderzoek naar collaboratie van Van Thillo’s; recente prachtige film Wil voor beelden van Vlaanderen in WO II)

Een andere oudoom van Christian, Edmond, heulde eveneens met de Nazi’s, kreeg daarvoor vijf jaar gevangenisstraf maar hoefde – door connecties van de familie met de politiek - maar 1,5 jaar te zitten. De elite in Vlaanderen koesterde niet enkel meer verwevenheid met Nazisme dan in Nederland, de afrekening na de oorlog was minder straf. Ook laat de politiek in Vlaanderen de oren veel meer hangen naar allerlei belangen, zeker die van ondernemers.

Dan komt Koster tot het hoofdstuk 6 met als titel: “Christian Van Thillo heeft begrip voor de collaborerende familieleden”. Dat is gestoeld op een vraaggesprek in de Belgische krant De Morgen met Christian Van Thillo [uit 1998]. De passage in De Belg: “Eén keer, in een interview met De Morgen, toont Van Thillo begrip voor de Vlaams-nationalistische strijd van zijn voorouders: ‘Die mensen moesten nog in het Frans naar school gaan, ze kregen geen kansen als ondernemers. Had ik toen geleefd, dan had ik wellicht precies hetzelfde gedaan.”

Heeft Van Thillo nu “begrip voor de collaborerende familieleden”? Dat kun je niet concluderen uit dit fragment. Wellicht heeft hij begrip, en dan nog zijn er twee betekenissen: begrip hebben voor gebeurtenissen zoals een historicus oorzaken en gevolgen noteert als een logica van vaststaande feiten. Dat je “hetzelfde gedaan zou hebben” impliceert eerder zelfkennis. Wij journalisten weten zeker dat we aan de goede kant van de geschiedenis staan, veilige betweters achter ons toetsenbord.

Een tweede vorm van begrip gaat verder: goedkeuren. Niet enkel is de conclusie van Koster feitelijk niet onderbouwd, hij suggereert eveneens dat Christian van Thillo vindt dat zijn oudooms juiste keuzes maakten voor heulen met de Nazi’s.

Christian zou er overigens wel over moeten praten. (Opvallend is dat genoemd interview in De Morgen [uit 1998, van bekende auteur Marijke Libert] wel dat nationalisme aansnijdt, maar het oorlogsverleden van de familie totaal links laat liggen. [Hier het hele vraaggesprek, relevant, vooral de uitspraken over Yves Desmet.]

Niemand is aansprakelijk voor daden van je voorgeslacht voordat je geboren was. Echter, het zwijgen van Van Thillo draagt wel bij aan de suggestie van ‘guilty by association’ waar Koster zich aan bezondigt. Niettemin vind ik dat Koster met deze beschuldiging aan het begin van het boek het kleed van geloofwaardigheid onder zichzelf vandaan trekt. De feiten laat hij allerminst voor zich spreken, terwijl veelal context ontbreekt.

Joodse verwikkelingen

Overigens las ik in het aantrekkelijke boek In de Spiegel van Frénk van der Linden - met bijdragen van journalisten - een vermakelijke schets van Koster over Shula Rijxman, erkend brokkenpiloot als bazin van de NPO en D66-wethouder in Amsterdam: “Shula Rijxman was misschien geen competente rationele bestuurder, maar wel een sluwe manipulator die een bestuurders­stoeltje had weten te scoren met een compassieverhaal en een cv vol politiek-correcte vinkjes: Joods, vrouw, lesbisch.”

Wellicht dat het Cidi een reden ziet om aan te slaan, maar maakt deze uitspraak Koster tot antisemiet, of wellicht nog erger tegenwoordig: anti-woke? Veroordelingen zijn snel gedaan heden ten dage.

De relatie tussen oorlog, Joden en Van Thillo keert nog drie keer terug in De Belg

Koster zelf noemt de beschuldigende associatie van Van Thillo met de oorlog bij de overname van ‘verzetskranten’ Trouw en Parool door Persgroep, met de suggestie dat dit een gotspe is. De vraag is of de titels nog bestaan zouden hebben zonder de Belgische overname. En hoever wil je gaan met de oorlog erbij halen? Duizenden Nederlandse journalisten verdienen geld bij DPG en Mediahuis met hun foute wortels, ook Koster en ik.

Dan is er een antisemitische opmerking van schrijver Dimitri Verhulst in zijn column in De Morgen, van toenmalig hoofdredacteur Bart Eeckhout, waarop de aangesproken Van Thillo “breekt… ‘. Hij vertelde ongevraagd over een Joods meisje dat hij kende van vroeger. Het zat hem duidelijk dwars,’ zegt hoofdredacteur Bart Eeckhout…. Een onverwerkte vlek. Christian Van Thillo heeft eens bij zijn moeder gevraagd naar de zwarte geschiedenis, nadat hij was afgewezen door het Joodse meisje.”

Aan het eind van het boek schrijft Koster nog dat de parlementariër die de Belgische subsidies voor thuisbezorging van kranten en tijdschriften voor het postbedrijf, waar DPG van Van Thillo mede van profiteert, “banden in de joodse gemeenschap” heeft. Michael Freilich is Jood en was van 2007 tot 2019 hoofdredacteur van Joods Actueel. In hoeverre deze achtergrond relevant kan zijn voor strijd tegen Van Thillo maakt  Koster niet expliciet.

Perslessen in de VS

Voor De Belg hield Koster tientallen interviews, onderzocht archieven, en put veel uit eerdere boeken en artikelen over DPG Media (voorheen Persgroep), met een zwaartepunt op afrekeningen met Van Thillo. Zoals die van Guido Van Liefferinge, die profijtelijke Vlaamse bladen als Joepie en Dag Allemaal bedacht en lang leidde, 27 jaar de creatieve kompaan van Van Thillo, met wie hij veel geld verdiende en door wie hij pardoes geloosd werd.

Harm Ede Botje, die voor VN schreef over Van Thillo stelde een serie gesprekken ter beschikking. Van Thillo zelf wilde niet meewerken en liet op vragen zijn advocaat reageren met een weigering die te beantwoorden. Hij gaf geen toegang tot het archief van Stichting Het Laatste Nieuws, zijn belangrijkste Belgische titel. Voor het beeld van Christian van Thillo als kwade genius dat Koster wil schetsen komen deze weigeringen goed uit; het boek begint en eindigt uitgebreid met de dichte deuren.

Tijd voor de verdere inhoud van De Belg vanuit mijn vele pagina’s aantekeningen. Na het genoemde eerste deel over opa, oudooms, vader en Nazisme volgt “Deel II. De wording van de mediaprins van Vlaanderen (1962-1989)”. Ik vond dit het leukste en beste deel omdat het me onbekend was en het handig combineren van feiten en de fantasierijke joyeuze schrijfstijl van Koster goed tot hun recht komen. Dat hij Van Thillo aldoor pesterig als “rijkeluiszoon” betitelt, zegt meer over de auteur dan over Van Thillo.

Die leidt een vrolijke levenswandel als scholier en student, is extravert, creatief, stout, cabaretesk en humoristisch. Hij leert discipline en kameraadschap bij de paters Sint-Jozef in Turnhout en het frivole leven tijdens een studie rechten (1980-1986) aan KU Leuven. “Van Thillo laat zich helemaal gaan en staat soms halfnaakt in de soos de clown uit te hangen. ‘In Leuven kennen ze hem meer in zijn blote gat dan in zijn broek,’ vertelt nicht Martine, die geregeld gaat stappen met haar neven Christian en Manu. Hij ontmoet er Nathalie Van Reeth, zijn latere vrouw en interieurarchitecte die – in Humo - aanvankelijk vindt dat Christian een te grote mond heeft. Hun wegen scheiden tijdelijk, want “Christian Van Thillo vreet vrouwen als gevulde koeken bij de koffie…”

Van die dingen, maar na Leuven volgt serieuze studie aan Duke University in North Carolina (Oostkust VS) gericht op “strategie, finance en marketing”. Dit wordt de serieuze voorbereiding voor de overname van de leiding van de familie-uitgeverij, dan nog Sparta (later Magnet) geheten. Van Thillo bezoekt Amerikaanse uitgevers en redacties van kranten en tijdschriften; leert er het commercieel succes van amusement in kranten, maar ook dat een uitgever zich niet bemoeit met de redactionele inhoud van de krant.

De Morgen niet, VTM wel lovebaby

Christians vader Ludo wordt afgeschilderd als een slapjanus, lezer van de gezapige Gazet van Antwerpen. Opa “Bill” (bankier met politieke relaties) en ome Joris geven echt leiding. Joris van Thillo hoopt dat zijn neefje hun zieltogende uitgeverij bij de kladden pakt. Christian begint – op 27-jarige leeftijd - behalve met ingrijpen bij Vlaamse tijdschriften met de omvorming van het in 1987 overgenomen Het Laatste Nieuws (HLN.be); van een voorname krant van de Vlaamse liberale zuil tot een titel waarin amusement meer en meer de oorspronkelijke signatuur verdrijft, en verkoopcijfers de toon bepaalt; de evenknie van AD.nl in Nederland?

Krant De Morgen wordt tegen de zin van Christian overgenomen. Hij pruimt het eigenwijze linkse dagblad lange tijd niet, zei hij in genoemd vraaggesprek met Marijke Libert. , Vanuit de VS faxte hij zijn vader: “Een zieke neemt niet een op sterven na dode over”. De redactie van De Morgen is niet zo kneedbaar als die van HLN: “Onze gesprekken gingen over centen. Ik had dan iets van: zeg, mensen, ga dan naar een financier, naar een bank of zo. Ga daar zagen. Ik wil verdorie uitgeven.”

De poging tot overname van de kranten Het Volk en de Gazet van Antwerpen door Van Thillo mislukt door oppositie van Vlaamse katholieke elite inclusief premier Jean-Luc Dehaene (“de roomse gluiperds”) die de jonge uitgever persoonlijk de deur wijst. Bij de opzet van de eerste commerciële TV-zender VTM in 1989 krijgt Van Thillo juist wel politieke steun en spoedig wordt dit de grootste melkkoe. Krant HLN en VTM spelen elkaar veelvuldig de bal toe, tot op de dag van vandaag.

Handige, charmante opkoper

Beschreven tweede deel is biografisch interessant, de levenswandel wordt boeiend opgetekend vanuit verschillende gezichtshoeken. In de rest van het boek gaat dit allengs minder goed, wordt het meer een aanklacht en geschiedenis van de uitgeverij.

Van Thillo wordt steeds handiger oftewel sluwer, hoe je zijn steeds betere ondernemerschap wil bezien. Hij combineert vaardig leidinggeven met uitstekende inhoudelijke kennis van het uitgeven. Hij zet voortdurend, en met succes, zijn charme en knappe verschijning in, vooral bij overnames. Wat bijvoorbeeld volgens Koster speelt bij de inlijving van zijn eerste Nederlandse krant in 2003 wanneer hij Milly van Stiphout en Els Swaab van Stichting Het Parool inpalmt. Zijn overtuigingskracht zet hij in om dj Mattie Valk, op audiëntie op zijn landgoed op de Belgisch-Nederlandse grens bij Kalmthout, voor Qmusic te behouden.

Die charme werkt niet bij Theo Bouwman die als baas van Perscombinatie (PCM) de overnamepoging door Van Thillo met Persgroep (Volkskrant, Trouw en AD) niet ziet zitten, maar de koop krijgt in 2009 toch gestalte; voor 100 miljoen euro (Wegener kost in 2014 240 miljoen, Sanoma in 2020 460 miljoen, RTL Nederland in 2023 1,1 miljard)

De strategie vat hij samen als “de klassieke Van Thillo-truc: bijna failliete zooi opkopen om die zelf op te poetsen en uit te bouwen”. De Belgische uitgevers (ook Mediahuis dat NRC, Telegraaf en noordelijke kranten inlijft) worden geholpen door de beroerde leiding van Nederlandse uitgeverijen. En Van Thillo weet uitstekend de exploitatie van tv, radio en kranten te combineren en titels nieuw leven in te blazen.

AD blij, regionale kritiek

Vooral de AD-redactie is blij met de inspirerende Van Thillo, want voelt zich bij PCM als stiefkind behandeld. AD wordt nog belangrijker na de overname van Wegener waarvan de regionale titels spoedig steeds meer AD-artikelen overnemen; dit is tegelijkertijd de redding van sommige regionale titels die gaan bijdragen aan de winst van DPG. (De Limburger past principieel voor de overname, blijft zelfstandig maar komt in handen van Mediahuis dat Telegraaf-artikelen doorplaatst.)

We zijn dan al delen verder in het boek dat (te) gedetailleerd ingaat op de ontmanteling van de Wegener-kranten. Uitgebreid staat Koster stil bij hoofdredacteur Allard Besse van De Stentor, met zijn voorkomen letterlijk een cowboy die door vele, niet zelden rancuneuze journalisten wordt gehekeld als een slechterik die hen over de kling jaagt. Hij wordt later directeur van de regionale samenwerking.

Hoofdredacteuren worden meer en meer verantwoordelijk voor exploitatie en plooibaarder, wat goed past in de strategie van Van Thillo. Het grootse Nederlandse succes met vernieuwing behaalt Van Thillo bij het AD met steun van hoofdredacteur Christiaan Ruesink en zijn opvolger Hans Nijenhuis. Die wil als hoofdredacteur van AD zijn NRC-veren afschudden en stuwt de krant in de vaart der volkeren omhoog, met coryfee Angela de Jong aan de hand; de “columnist die uitgroeit tot de smaaknulmeridiaan van het vaderlandse volksgevoel”, aldus Koster.

Nijenhuis ziet het heel anders: “Er zit een enorme journalistieke bubbel in Amsterdam. Daar wonen de smaakmakers. Althans, dat vinden ze zelf. Die denken: wij zijn Nederland. Wij besturen het land. Maar als je in Zwolle komt, of in Enschede of Etten-Leur, merk je dat de mensen helemaal geen boodschap hebben aan die bubbel. Angela vertolkte de mening van die lezer en dat merkten we. Ze vulde een gat dat openlag.”

Dochter June als opvolger?

Dit is een sterk deel in het boek, waarin Koster de link legt met het AD (nuchter Rotterdam & Regio) als een wegbereider van de politieke omwenteling op rechts met Caroline van der Plas als doodgewone evenknie van Angela de Jong. Hij achterhaalt niet welke premie de columnist mag innen voor alleen al het binnenhalen van duizenden nieuwe abonnees. Wel noteert hij de persoonlijke complimenten van Van Thillo voor haar als ze de aanval opent op Talpa van zijn vijand John de Mol. Die won eerder de strijd om SBS en probeert dan om RTL over te nemen. Dat lukt De Mol niet, DPG wint.

De kern van het leidinggeven door Van Thillo beschrijft Koster overtuigend: hij bouwt een kring van vertrouwelingen om zich heen die hondstrouw de gewenste strategie uitvoeren bij de omvorming van krantentitels en (wat eenvoudiger) winstmaximalisatie van televisie en radio; vooropgegaan door Jaak Smeets die eenvoudig toegang krijgt tot de meeste krantenredacties en effectief samenwerkt met hoofdredacteuren en directeuren die DPG een hogere winst bezorgen.

Tegen het einde speculeert Koster over de neergang van DPG en stelt een terugtrekkende beweging vast van Christian Van Thillo met wellicht dochter June – studeerde ook business en journalistiek - als opvolger. Hoe de familie met zussen Ann (en echtgenoot en bestuurder Christophe Convent), Martine en Caroline en broer Emmanuel en eventuele kinderen de aandelen heeft gespreid, is geheim.

De kern van de beschuldigingen

Beschuldigingen aan het adres van Van Thillo – behalve die slecht onderbouwde associatie met de Tweede Wereldoorlog – vat ik drieledig samen. De Belg zelf doet dat niet:

1. Van Thillo heeft zo veel journalistiek opgekocht en verplicht laten samenwerken en artikelen onderling doen overnemen dat dit ernstig ten koste is gegaan van de journalistieke pluriformiteit (verscheidenheid);

2. Van Thillo heeft doelbewust gewerkt aan popularisering van de inhoud oftewel debilisering of “verkleutering” en “McDonaldisering” van de inhoud van zijn titels en zenders zodat serieuze journalistiek ernstige schade berokkend is;

3. Van Thillo heeft op slinkse wijze negatief nieuws over hem, zijn familie en politieke en zakelijke vrienden uit zijn media weten te houden.

Ad 1. Met Wegener en AD wordt DPG volgens Koster de ultieme kopiefabriek. Vooral regionale journalistiek gaat teloor, de makers worden “vakkenvullers”. De facto is de constatering niet juist. De redactionele samenwerking bestond al veel langer onder Wegener met de GPD en ADR Nieuwsmedia, want regiokranten hebben geen geld voor eigen binnen- en buitenland, landelijke sport- en politieke verslaggeving. Eerst Het Parool en later regiokranten leidden een veelal zieltogend bestaan toen Van Thillo ze kocht.

Ad 2. De tweede beschuldiging hangt hiermee samen: dat Van Thillo met zijn vazallen zorggedragen heeft voor een nadruk op “nice to know” informatie, met shownieuws als hoofdmoot. Dit is deels aantoonbaar juist, vooral online waar kliks de dienst uitmaken zoals op AD.nl. Volkskrant Magazine is niet de weekendbijlage op hoog niveau is zoals bij veel buitenlandse kwaliteitskranten maar bedient met een uitgelezen formule een doelgroep.

Zowel het eerste als tweede hangt samen met de toename van het meten van succes van artikelen waarvan de score in een kwadrant belandt:

  • Goud: de goed gelezen verhalen die tot veel abonnees leiden
  • Niche: minder gelezen stukken met een hoge waardering
  • Aanjagers: veel gelezen (verder)lichte kost
  • Kelder: slecht gelezen en slecht gewaardeerde verhalen

Een tweede tendens die hiermee samenhangt: de opmars van “servicejournalistiek”: artikelen waar lezers als consumenten baat bij hebben, die die het eveneens bij adverteerders goed doen. Rubrieken als Beter Leven (Volkskrant) en Slimmer leven (AD/HLN). Echter, dit is een aanvulling op de ‘echte’ journalistiek, waar lezers baat bij hebben. Twintig jaar geleden al probeerde PCM met de afdeling Interactieve Media meer op consumenten gerichte praktische informatie online te introduceren, maar dit PIM strandde door beroerde leiding vanuit PCM. Koster miskent dit.

Je kunt daar dubbel over oordelen: de titels maken winst dankzij meer amusement en service, meer kliks en het (soft of hard) sturen op scores wat uiteindelijk ook de goede maar minder geconsumeerde journalistiek ten goede komt; of dit heeft de journalistiek te zeer aangevreten ten faveure van de bankrekening van Van Thillo. Servicejournalistiek en data overheersen niet bij sterke titels, maar op onderdelen is er zeker een negatieve tendens voor de journalistiek. (Zo is Intermediair verworden van ijzersterke titel tot serviceding waar de laatste onafhankelijke hoofdredacteur in 2020 is vervangen door een “contentmanager” die commercieel wordt aangestuurd; maar dit mist Koster.)

Ad. 3 Het derde euvel is wellicht het minst ernstig maar blijft het meest hangen. Even vooraf: al toen ik 45 jaar geleden met journalistiek begon en elke maandagnacht met de hoofdredacteur en uitgever een lokale krant ‘dicht maakte’ liet deze journalist – het Vrije Volk, later DPG – me stil weten over de uitgever: “Hij zit aan de verkeerde kant van de streep.”

Een latere fantastische hoofdredacteur Jan Bakker (bij Automatisering Gids) vernam van de reclameafdeling dat de baas van Getronics alle advertenties terugtrok omdat Bakker het gewaagd had over de cao-perikelen van Getronics te schrijven. Wat deed Bakker? Pakte de telefoon, belde de potentaat, de bekende dictatoriale Ton Risseeuw, en zei hem: “Als je die advertenties weghaalt zet ik een jaar lang een journalist op Getronics en jou.” Binnen een uur waren de advertenties terug.

Wat wil ik met deze anekdotes zeggen? Ten eerste dat ik weinig uitgevers heb meegemaakt die de verleiding weerstonden om persoonlijke al dan niet commerciële belangen in te brengen. Ten tweede dat de ruggengraat van journalisten in deze doorslaggevend is.

Bij DPG/Persgroep heeft Van Thillo in België te vaak de kant van vrienden gekozen zoals van de invloedrijke politici Herman en Alexander De Croo en waren hoofdredacteuren te vaak genegen om te buigen. Van Thillo zelf daarover eerder: “Zeker Vlaanderen is een wespennest van irrationele machtsfactoren en schaduwbewegingen.”

De Nederlandse schandvlek vormt het uit de kolommen houden van het ontslag wegens een grote #MeToo affaire van Jaak Smeets. Van Thillo trad zeer voortvarend op om zijn vriend buiten te zetten toen hij de beschuldigingen heel serieus nam – zelfs persoonlijk – maar hij slaagde erin hoofdredacteuren te masseren om er geen aandacht aan te besteden. Later gebeurde dat alsnog, veel te laat. Het blijft in Nederland bij dit ernstige incident, er is absoluut geen teneur van directe beïnvloeding door Van Thillo van de inhoud van Nederlandse artikelen.

Het gebrek aan rechte ruggen bij hoofdredacteuren in deze kwestie is des te fnuikender in het licht van bonussen die Van Thillo hun toekent: bij de Volkskrant toenmalig hoofdredacteur Philippe Remarque (70.000 euro) en zijn twee adjuncten Pieter Klok (50.000) en Corine de Vries (35.000). Bij De Morgen incasseerde hoofdredacteur Yves Desmet een maandsalaris van 23.000 euro. Echter, De Morgen publiceert onder Desmet wel funest onderzoek naar Eric Verbeeck, een dierbare vriend en mentor van Christian Van Thillo; in het kielzog wordt een dubieuze financiële constructie van Persgroep gepubliceerd.

Mislukt als biografie

Komt Van Thillo naar voren als een slechterik? Dat valt reuze mee, of tegen, hoe je verwachtingspatroon is, want neutraliteit is immers een aldoor schaarser goed. We willen geen nuance, maar een eenvoudig antwoord: goed of fout?

De geciteerde kwalificaties van derden zijn overwegend positief, ook al biedt Koster meer ruimte aan tegenstanders en haters van Van Thillo dan aan zijn vrienden en fans. Van Thillo heet in De Belg behalve “rijkeluiszoon” ook “zakkenvuller”, “lomp en commercieel” en botweg “Nixon”. De verdere betiteling is wel negatief maar niet consequent. Van Thillo is ook “hogepriester”, zijn directeuren “kardinalen” of “paladijnen”. Positief: “Zijn interesse gaat niet naar structuren en instituten, maar naar de mens.” (Hugo Camps); “Sympathiek, maar niet empathisch” (Inge van Gaal)’.

Zijn directeuren moeten het ontgelden bij Koster: Jaak Smeets is “Raspoetin”.  Latere journalistiek directeur Philippe Remarque heet “kameleontische corpsbal” en Hans Nijenhuis van AD “onderknuppel van DPG””. Remarque en Klok zijn in de fantasierijke beschrijving van Koster “Jut en Jul van het concern. De hoofdredacteur en zijn adjunct vallen de ganse tijd in katzwijm voor de baas. Ze zijn bijna verliefd op hem.”

Is De Belg een goed of een slecht boek? Ik vind De Belg een deels goed boek, vooral door de schrijfstijl van Mark Koster en de vele feiten die hij combineert met zijn fantasie; voornamelijk handig bijeengeschraapt uit eerder verschenen artikelen en boeken. Het is een knappe inside story, maar laboreert aan het tekort van de journalistiek: te veel ophef, te weinig diepgang.

Wat bijvoorbeeld ontbreekt aan noodzakelijke feiten is een gedetailleerd financieel relaas waaruit zou blijken dat Van Thillo met Persgroep/DPG de afgelopen tien jaar netto ruim 1 miljard binnenhaalde, en dat afgezet tegen overnamebedragen, onderbetaling van freelancers etc. Van Thillo hanteert als regel 70 procent terug te pompen in het bedrijf, 30 procent zelf te houden.

Bovendien mis ik een kritische reflectie op de gevolgen voor de samenleving van de grootste Nederlands/Belgische fabriek van persoonsgegevens die Van Thillo bouwt onder zijn opvolger als baas van DPG Media, Erik Roddenhof. Een mooie Koster-kop had geweest: "Van Thillo wil dat wij van hem zo weinig mogelijk weten, maar hij weet alles van ons."

Ik vind dat Mark Koster als biograaf faalt, met te lichte inhoud en te veel vooroordeel. Een goede biograaf, zoals Jaap Cohen met zijn recente biografie De Bolle over Theo van Gogh, bereikt excellent evenwicht van distantie en begrijpen. Een biograaf is een historicus, geen aanklager. Het willen vloeren van je hoofdpersoon is domweg een valkuil die je jezelf moet sparen.

De maatschappelijke inbedding ontbreekt. Koster flirt even met Hugo Claus van Het Verdriet van België, maar een groot manco is dat hij Van Thillo en DPG niet weet te plaatsen in het grote geheel van veranderingen in de samenleving van de afgelopen vijftig jaar, zoals goede biografieën – bijvoorbeeld van uitgeversfamilie Murdoch – wel doen. Dat De Belg zo veel positieve recensies krijgt, is vooral het gevolg van gemakzuchtige instemming van collega-journalisten met het vloeren van de machtige Van Thillo door Koster.

De angst vooraf en het gebelgde gevoel achteraf van Christian Van Thillo vind ik onnodig en niet slim van hem. Een succesvol leven hoeft niet foutloos te zijn, en kan zo veel boeiender worden beschreven en verklaard. Wellicht kan hij het zelf nog eens helpen uitleggen…

De Belg - Christian Van Thillo, de mediakoning van de Lage Landen, Mark Koster, Uitgeverij Prometheus, 2024  

Christian Van Thillo in bedenkelijke ‘biografie’ Mark Koster te grazen genomen

Gepubliceerd

3 mrt 2024

Wat vinden de experts?

Vincent Everts
21 mrt 2024
Fantastische review… zo raak

De Belg is wel een interessant boek, maar met een veel te bevooroordeelde negatieve benadering, wat je vooral ziet aan de geforceerde behandeling van het WO-2 van de oudooms van Christian Van Thillo.

Hij is zelf een journalistiek ervaren, en gedreven persoon. Nederlandse uitgevers hebben er een klotezooi van gemaakt… de Belgen doen het veel beter.

De grote vragen vind ik veel interessanter dan al die details die zouden moeten bewijzen dat Van Thillo niet deugt. Wat zijn de gevolgen van de Belgische dominantie? En hoe werkt het economisch? Waar haalt Van Thillo steeds zijn geld voor die overnames vandaan? Waar zijn de jaarverslagen, omzet, winst, financiering? Dying to know more…

Maar top gedaan peter….

Netkwesties
Netkwesties is een webuitgave over internet, ict, media en samenleving met achtergrondartikelen, beschouwingen, columns en commentaren van een panel van deskundigen.
Colofon Nieuwsbrief RSS Feed Twitter

Nieuwsbrief ontvangen?

De Netkwesties nieuwsbrief bevat boeiende achtergrondartikelen, beschouwingen, columns en commentaren van een panel van deskundigen o.g.v. internet, ict, media en samenleving.

De nieuwsbrief is gratis. We gaan zorgvuldig met je gegevens om, we sturen nooit spam.

Abonneren Preview bekijken?

Netkwesties © 1999/2024. Alle rechten voorbehouden. Privacyverklaring

1
0